Buiten de cabane des amoureux liggen onze sneeuwrackets. Elke steen van de hut is uit de bergen gehakt. Oorspronkelijk is het een herdershut, maar iedereen mag ‘m gebruiken. Binnen smullen we van de kaasfondue, die gids Jonathan van Experience Nature in zijn rugzak naar boven heeft gedragen. Als we weer eenmaal buiten op de rackets knerpend door de sneeuw naar beneden lopen, licht de volle maan ons bij op de donkere pistes, omzoomd door sparren. Er zijn dierensporen in de sneeuw. Je hóórt de stilte. Het is zen. Extra feeëriek zijn de lichtjes van Grenoble diep beneden ons op 300 meter. Als een fonkelend kattenoog staart het terug. Je hebt geen vermoeden dat het skiresort Chamrousse vlakbij is.
Het skiresort heeft drie ‘secteurs’, keurig opgedeeld naar de hoogte (tussen 1.750 en 1.850 meter). 60% van de gasten zijn weekendbezoekers uit Grenoble en omstreken. In nog geen uurtje rijden zoeken ze hier zomers de koelte van de bergen en ’s winters de sneeuw. Alles ademt gemoedelijkheid uit.
Croix de Chamrousse
Iedereen kent ski resorts als l’Alpe d’Huez en Les2Alpes, maar hier heerst nog stilte. Autostromen worden vermeden door het aanbieden van de navette (gratis busje) waarmee je alles in het gebied makkelijk kunt bereiken. Zoals de kabelbanen. Van moeilijk tot makkelijk, alle soorten pistes zijn er. Ideaal voor gezinnen. Beginners en gevorderde skiërs kunnen opsplitsen om vervolgens voor de lunch samen te komen op het hoogste punt Croix de Chamrousse op 2.250 meter. Voor het rendez-vous schuif je op dit plateau aan bij een picknicktafel om hors sac je stokbrood bij een brandende vuurkorf op te eten. Of je gaat lekker eten in het restaurant, alles kan.
Vanaf het plateau heb je bovendien een fenomenaal uitzicht. Grenoble ligt ver beneden je. Of liever gezegd: een mer de nuages – de stad ligt onder een deken van wolken. Je hebt weinig verbeeldingskracht nodig om te zien hoe heel lang geleden een gletsjer door de vallei binnendrong en de super vlakke vallei achterliet waar Grenoble op gebouwd is.
Iconische berg
Aan de einder zie je de bergmassieven van Belledonne, de Chartreuse en de Vercors. De verschillende stadia van erosie, van afgevlakt tot steil en puntig, zijn prachtig aan de bergen af te lezen. Niet te missen valt de bergtop Aiguille (2.887 meter), een streng en verticaal rotsblok dat fier boven de Vercors uittorent.
Een kolos om even bij stil te staan. Want hier is de geschiedenis van het bergklimmen geboren. Een zekere Antoine De Ville, een militair ingenieur, die kastelen bedwong, kreeg in 1492 de opdracht om de Mont Aiguille (bijgenaamd ‘De ontoegankelijke berg’) te beklimmen. Als een soort Columbus bedacht hij een plan. Met hulp van onder meer een laddermaker en andere werklui pakte hij het naar tegenwoordige begrippen onorthodox aan. Met ladders, loopplanken en kettingen maakte hij een soort steiger om de honderden meters verticale wand op te klimmen. Het lukte. Pas 342 jaren later werd de Mont Aiguille opnieuw beklommen.
Skiën in Chamrousse
Genoeg in de verte gestaard. Hoe zijn hier de pistes? Hebben die nog geschiedenis? Het is de plek waar het Franse downhill skiën in 1870 is geboren. Maar het duurde nog tot 1968, het jaar waarin hier de Olympische Spelen werden gehouden, dat Chamrousse tot een skioord werd ontwikkeld. De piste Femme en piste Homme herinneren aan dit gedenkwaardige jaar.
Buiten de piste – hors piste – lopen een paar ski randonneurs (tourskiers) in T-shirt omhoog. Boven zullen ze de vellen van hun ski’s trekken om daarna de welverdiende afdaling te maken en hun spoor in maagdelijke sneeuw achter te laten. Ver weg van de liften. Gezien risico’s op sneeuwlawines, kan dit alleen als de sneeuwcondities goed zijn. Je kunt uitgezette routes volgen of op pad gaan met een gids die je van oa sneeuwpieper en schep voorziet. Zo weet je zeker dat je veilig en zonder flora en fauna te verstoren de berg beklimt.
Deze plek heeft alles voordat je naar beneden zigzagt in de gouden gloed van de ondergaande zon. In een per definitie wit landschap spreken de kleuren nóg meer.
Klein Canada
Iets verderop ligt een heel andersoortig sneeuwlandschap: het plateau l’Arselle. De Fransen noemen het liefdevol ‘klein Canada’. In dit Nordic Parc (1.600 meter) liggen 48 km langlaufpistes, 17 km winter-wandelpaden en is er circuit voor sledehonden. Alleen al de akoestiek is bijzonder: het schrapende geluid van langlauflatten; het blaffen van de sledehonden, het geknerp van sneeuwschoenen. Dit is niet alleen multifunctioneel wintersporten maar ook duurzaam. In het natuurgebied zijn sneeuwkanonnen niet toegestaan. De pisteurs zullen de pistes met natuursneeuw moeten onderhouden.
In het overige deel van het skigebied werkt de piste bully, la dameuse, overigens ook met een sneeuwdiepte-sensor om voorzichtig en nauwkeurig de piste te prepareren. De frequentie van onderhoud hangt af van het aantal bezoekers. Hetzelfde geldt voor de skiliften: hoe minder mensen, hoe langzamer de liften draaien om energie te sparen.
Wie in Chamrousse een paar dagen vertoeft, vraagt zich af waarom wintersporters in kunstmatige, betonnen skistations in dichte drommen door de wijken à la Almere klossen en Chamrousse links laten liggen. Toegegeven, het is een veel beperkter skigebied (90 kilometer pistes), en minder geschikt voor de zeer goede skiërs die alle dagen van 9.00 tot 17.00 uur willen skiën, maar zeker voor gezinnen is het ideaal. Skiën, langlaufen, of spelend glijden in rubberen banden over de sneeuw. Alternatieven genoeg.
- Een ode aan de bergen: wintersport op een andere manier - 24 februari 2024
- Van bron naar riviermonding in de Adriatische zee - 14 juli 2023
- Frans-Italiaans escapisme op de ski in La Rosière - 25 april 2023