Als amateur-verkeerspsycholoog had ik mij voorgenomen een studie te maken van het gedrag van de weggebruikers in India. Het daadwerkelijk zelf rijden is hierbij van groot belang om ervaringsdeskundige te worden. Op eerdere reizen door India liet ik mij telkens vervoeren door vliegtuig, trein, bus, taxi en tuktuk. Daarbij is het wegdoezelen een groot gevaar, het komt een goede observatie niet ten goede. Ik durf te stellen dat bijna alle observaties zijn gedaan op deze laatste manier. Mijn bijdrage aan het bestuderen van het gedrag van alle Indische weggebruikers mag dan ook als baanbrekend worden gezien.
Van de enorme treinongelukken, ingestorte bruggen en overstromingen in India houdt het journaal ons wel op de hoogte, maar op de weg? Het is elke dag weer raak in India.
Een klein onderzoek
Aangezien India vele soorten weggebruikers kent, is de studie beperkt tot de tien meest voorkomende soorten op de weg. Op de tiende plaats komt de soort die de minste dodelijke verkeersongelukken veroorzaakt en dus gezien mag worden als het meest veilige vervoermiddel over de weg. Als eerste eindigt de soort die gerekend mag worden als de meest gevaarlijke weggebruiker, verkeerstechnisch gezien.
Op Reishonger publiceer ik nu na rijp beraad mijn “Indian Traffic Classification Index” en ik begin bij de veiligste soort weggebruiker (India kent vele soorten weggebruikers!) en we eindigen de opsomming bij de meest gevaarlijke. Dit besef is van groot belang als je jezelf mengt in het verkeer en geen gebruik maakt van tuktuk, taxi of bus, want dan ben je aan de goden overgeleverd.
ITC Index: de Indian Traffic Classification Index
10. De olifant
Op de tiende plaats is op eenzame hoogte geëindigd de zeer veilige olifant. Deze bedaarde weggebruiker, vaak bereden door een sadhu of een priester, is goed zichtbaar door zijn imponerend formaat. Andere weggebruikers gaan om de olifant heen met een ruime boog. Een botsing levert namelijk altijd alleen schade bij de andere weggebruiker, de olifant loopt onverstoorbaar verder na het vertrappen van een Tata. Het is dan ook het meest veilig je in India te verplaatsen op de rug van een olifant. Dit was reeds bekend bij de Engelse kolonialen uit de zeventiende eeuw.
9. De aap
De olifant wordt op afstand gevolgd door de aap. Deze weggebruiker is razendsnel en gedraagt zich veelal als bermtoerist. Hij neemt geen deel aan het verkeer maar maakt wel volop gebruik van de openbare weg. Ziet hij een andere weggebruiker aankomen, hij heeft zijn ogen en oren voor en achter, dan is hij zeer snel in staat zich uit de voeten te maken, desnoods klimt hij, ondertussen nog een banaantje stelend, in een veilige boom en lacht zich een kriek om de botsingen van anderen, indirect door hem veroorzaakt.
8. De kameel
De kameel komt op de achtste plaats, hij trekt vaak een kar en heeft door zijn lengte een goed overzicht over het verkeer dat zich grotendeels onder hem afspeelt.
7/6. De waterbuffel / de Nederlander
De waterbuffel is op zeven geëindigd, onmiddellijk gevolgd door de Nederlander. Beide soorten kijken zeer goed uit en zijn uiterst geconcentreerd, daarbij is de waterbuffel door zijn uitstraling in het verkeer net iets veiliger dan de gemiddelde Nederlander, die in de regel kleiner is. Is de Nederlander gezeten in een Hummer, Dodge of Unimog, dan verslaat hij de waterbuffel, maar in een Land Rover komt hij op zes en in een Jaguar MK IX (geen 4WD) op vijf, gelijk met de koe. Overigens hebben tijdens de reis acht van de twaalf Land Rovers tikjes opgelopen en/of uitgedeeld. Bij de Jaguar knalde door een onverwachte pothole de olietank lek. Hier speelde de geringe “bodemvrijheid” van deze auto een zeer belangrijke rol.
5/4/3. De koe, het varken en de geit
De vijfde tot en met de derde plaats zijn voor de koe, het varken en de geit. De heilige koe heeft in India natuurlijk een streepje voor, de straffen voor het aanrijden van een koe zijn in India zeer fors. Toch is het aantal verkeersslachtoffers, veroorzaakt door een koe, vergelijkbaar met het aantal veroorzaakt door een geit of varken. Mijn onderzoek heeft uitgewezen dat dit komt door het onwaarschijnlijk hoge aantal op de weg loslopende koeien. Vaak vormen ze in de grote stad een kudde rond een verkeersagent, die op een druk kruispunt het verkeer tracht te regelen. Ze leven daar van de op de verkeerszuilen geplakte aanplakbiljetten (het stijfsel is een delicatesse voor de heilige koe!) en verder van weggegooide kartonnen dozen en fruit en groente-afval. Daarbij schijten ze menig fietser compleet onder en zelfs voor een Land Rover tonen ze geen enkel respect.
Team 13 is daarom overgegaan tot de aanschaf van een piepende opblaasbare koehamer, “made in China”. Dit wapen blijkt in het stadsverkeer zeer effectief: de koeien links en rechts van de auto krijgen flinke billenkoek en schieten weg. Dat ze daarbij pardoes voor de andere Land Rovers schieten is niet het probleem van Team 13, aldus Brent, die tot taak had onze auto rijdende te houden. Wellicht verdient het aanbeveling de regering van India in overweging te geven een gratis opblaasbare koehamer te verstrekken bij aanschaf van een auto. Aan de kosten zal het niet liggen.
2. De hond
Op twee komt de hond, zeer vaak het slachtoffer in het verkeer. De honden in India zijn uitzonderlijk dom en natuurlijk niet opgevoed of aangelijnd. Het zijn allemaal zwerfhonden, die hun kost verdienen op de vuilnisbelten aan de kant van de weg en in het open riool. Dit open riool kan in India worden beschouwd als behorend bij de weg. Vaak zien we ook auto’s voor ons in het riool storten, de chauffeur heeft even over het hoofd gezien dat het rioolputdeksel ontbrak, oppassen geblazen dus.
1. De Indiër
Ten slotte op één de Indiër, hetgeen geen verbazing zal wekken, gelezen al het voorgaande. Het rijgedrag van de Indiër benadert dat van een zesjarige jongen in Nederland. Een rijbewijs is in India niet nodig. Vanaf de geboorte begeeft elke Indiër zich, al dan niet met de moeder, op de openbare weg en verblijft hier vervolgens tachtig procent van de tijd, hetgeen betekent dat er ook op de weg gepoept en geslapen wordt. Daarbij ontbreekt de verlichting, zowel op de weg als bij de meeste weggebruikers, inclusief de fietsers.
De auto’s met verlichting (meestal Tata vrachtauto’s) hebben alleen groot licht en verblinden de tegenligger ernstig. Wanhopig hoor ik ‘s avonds met enige regelmaat door de mobilofoon iemand uit onze groep roepen: “jongens, dit is gekkenwerk, ik stop ermee”, daarbij ondertussen proberend een hond te ontwijken om vervolgens een tuktuk te scheppen. Maar wat moet je dan?
“This is India, Man!”
- Biodiversiteit op Madagaskar - 24 mei 2018
- Dwars door Pakistan - 21 april 2017
- Van Dubai naar Jemen - 23 maart 2017