Beijing
Mijn rondreis door China begint in Beijing. Vanuit de stad rijd je in 1,5 uur naar de Chinese Muur, een van de zeven nieuwe wereldwonderen. Eenmaal op de muur kun je genieten van het uitzicht op de prachtige bergen die de muur omringen. Blijf even staan voor een selfie of loop verder, zo ver je wilt. Er zijn ook tochten over een gedeelte van de muur beschikbaar onder leiding van een gids. Je loopt dan een hele dag over de muur. Je bezoek aan de Chinese Muur kun je combineren met de Ming-tombes. Hier liggen 13 keizers uit de Ming-dynastie (1368-1644) begraven. Elke keizer heeft zijn eigen tombe, indrukwekkende bouwwerken die zijn bedoeld om te laten zien hoe machtig de betreffende keizer was. Zijn concubines liggen ernaast begraven, zodat ze ook in het hiernamaals samen kunnen zijn.
Als je in Beijing bent, mag een bezoek aan de Verboden Stad niet ontbreken. Dit is de plek waar vroeger de keizer met zijn gevolg woonde. De stad heeft zijn naam gekregen doordat mensen van buitenaf er niet mochten komen. Medewerkers van het hof woonden aan de buitenste randen van de stad en alleen familie mocht in de kern van de stad komen. Elke vier jaar werd er een soort missverkiezing gehouden voor de dochters van de generaals van het leger. Zij moesten verplicht meedoen hieraan als ze tussen de 12 en 21 waren. Deze verkiezingen waren bedoeld om de nieuwe minnares van de keizer te kiezen. Het uitverkoren meisje had dan de “eer” om aan het hof te komen wonen voor de rest van haar leven, en ze mocht er nooit meer uit…
Historisch stadje Pingyao en het Terracottaleger
Vanuit Beijing nemen mijn reisgenoot en ik de nachttrein naar Pingyao, een stadje dat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat. Dat houdt in dat het een monumentenstatus heeft en er niets veranderd mag worden. Hier loop je dus rond in een soort openluchtmuseum en kun je het oude China ervaren. Geen wolkenkrabber te zien, maar wel veel stoffige steegjes en mensen die prachtige sjaals weven. Dit is hoe ik me China had voorgesteld! Je kunt hier over de oude stadsmuur lopen en genieten van het uitzicht over het stadje. Of bezoek de allereerste bank van China, de voormalige bank Rishengchang. Deze bank werd in 1823 gesticht tijdens de Qing-dynastie. Ook is het leuk om door de Ming-Qing straat te lopen. Dit was vroeger een handelsstraat, en nog steeds zijn er veel winkeltjes gevestigd in de gebouwen in oude Chinese stijl.
De volgende stad, Xi’an, is een stuk moderner. Met zijn 2,5 miljoen inwoners is het een kleine stad volgens Chinese begrippen. Hier zijn tegenwoordig veel wolkenkrabbers en bekende modeketens te vinden, maar van oorsprong was Xi’an het beginpunt van de belangrijke Zijderoute. Daarom zijn er veel belangrijke tempels en natuurlijk is de oude stadsmuur er nog steeds.
Xi’an is ook een goede uitvalsbasis om het wereldberoemde Terracottaleger te bezoeken. Het leger werd in 1974 door boeren ontdekt en bestaat uit meer dan 8.000 soldaten. Ze werden gemaakt in opdracht van de eerste keizer van China, Qin Shi Huang, die ze mee zijn graf in wilde nemen omdat hij geloofde dat hij een groot leger nodig had in de onderwereld. De soldaten zijn op ware grootte, tussen de 1.85 en 1.95 meter, en zeer gedetailleerd. Je ziet er krijgers, generaals en zelfs paarden met wagens. Alle figuren bij elkaar leveren een imposant beeld op.
Vanuit Xi’an reizen we met de snelle kogeltrein naar Luoyang. De stad zelf is niet veel bijzonders, maar het is een goede tussenstop om de afstand tussen Xi’an en de volgende stop Shanghai te overbruggen. Vanuit Luoyang kun je wel heel goed een excursie doen naar de Longmen-grotten. Dit zijn grotten waarin beelden van Boeddha zijn uitgehouwen. Vroeger konden mensen in opdracht een Boeddha laten uithouwen in steen om hun god te vereren. De grootte was afhankelijk van hoeveel geld ze hadden. Zo zijn er talloze kleine Boeddhaatjes van 2 cm hoog te vinden, maar het hoogtepunt, letterlijk en figuurlijk, zijn de beelden die zijn gemaakt in opdracht van de keizerlijke familie. Hun Boeddha’s zijn maar liefst 17 meter hoog. Deze prachtige beelden torenen boven iedereen uit. Hun oren alleen al zijn maar liefst 2 meter lang!
Wereldstad Shanghai
Na een dagje bij de grotten reizen we door naar ons eindpunt, Shanghai. Met een gids rijden we kriskras door de stad om zoveel mogelijk te kunnen zien. Zo bezoeken we bijvoorbeeld de prachtige Yuyuan tuinen. Deze tuinen van 2 hectare groot werden in 1559 aangelegd door Pan Yundang, die ze cadeau deed aan zijn ouders, zodat ze op hun oude dag van iets moois konden genieten. Je vindt er vijvers, rotsen, theehuizen, wandelpaden en tuinhuizen. Hier kom je even tot rust in de hectische stad Shanghai, waar maar liefst 25 miljoen mensen wonen.
Verder mag een bezoekje aan The Bund niet ontbreken, met een prachtig uitzicht op de skyline van Shanghai. Of maak een boottocht over de rivier Huangpu. In een klein uur vaar je tussen de oost- en westkant van Shanghai door. Maar het beste uitzicht heb je vanaf de tv-toren Oriental Pearl. Deze hoge toren heeft zelfs een verdieping met glazen vloer, zodat je recht naar beneden kunt kijken. Een echte uitdaging voor mensen met hoogtevrees! Ook is er een panoramarestaurant dat langzaam ronddraait. Voor een kleine dertig euro kun je je tegoed doen aan het dinerbuffet terwijl je ziet hoe de zon langzaam ondergaat. Zo zie je Shanghai zowel overdag als by night, wanneer de stad prachtig verlicht is.
Dus wil je graag eens op de Chinese Muur staan of het Terracottaleger in het echt zien, maar heb je weinig tijd? Dan is deze reisroute echt heel geschikt. In korte tijd zie je ontzettend veel en krijg je zeker een indruk van hoe China is. Als het bevalt, kun je altijd nog terugkomen om meer van het land te zien…
Tekst en foto’s: Silvie van der Zee
Ook op reis naar China?
Wil jij ook op reis naar China? En vind je het fijn om je reis samen te stellen met hulp van iemand die het land écht goed kent? Laat local Stella je dan helpen.
- Phoenix en de Old West - 26 september 2024
- Magistraal Méribel - 25 september 2024
- 5 topbestemmingen voor je volgende treinreis - 19 september 2024