De regio Pyrénées-Orientales is Frans. En Catalaans. Dat zie je overal in terug: de cultuur, taal, geschiedenis, festiviteiten en gastronomie. Ik ben bij het traditionele feest van de Sint-Jansvuren en verken de omgeving rondom de berg Pic du Canigou. In het Catalaans: Pica del Canigó.

Het is bijna middernacht. Opvallend veel kinderen om me heen aan het dansen en springen. Dat zal vast niet elke avond zo gaan. Maar vanavond is het feest, voor iedereen. Volwassenen zijn veelal normaal gekleed, de kinderen dragen witte kleding met rode sjaaltjes en baretten. Overal wapperen geel-rood-gestreepte vlaggen. Er brandt een groot vuur op het centrale plein.

Drie jongetjes van een jaar of zes komen naar me toe en beginnen in het Frans te praten. Ik zeg dat ik geen Frans spreek, in het Frans. Dat ik ze niet begrijp. Ze geloven me niet, want ik zei toch zojuist iets in het Frans? Maar goed, Catalaans dan? Hierop kan ik alleen maar mijn hoofd schudden. Ze zeggen nog wat onverstaanbare dingen tegen me – waarschijnlijk hele grappige of vieze dingen, want ze moeten steeds erg hard lachen en lijken tegelijkertijd een beetje bang dat ik ze alsnog versta – en rennen dan giechelend weg, de dansende menigte in.

Sint-Jansvuur in Pyrénées-Orientales

Mensen vieren feest rondom een groot vuur op het plein

Focs de Sant Joan (Sint-Jansvuren)

De sfeer is goed hier in Vernet-les-Bains, een dorpje in de regio Pyrénées-Orientales. Ik bevind me in het uiterste zuiden van Frankrijk. Het is 23 juni, de dag van de traditionele Sint-Jansvuren: een grote gebeurtenis die ze hier aangrijpen om de Catalaanse identiteit te eren. Want ook al is het hier Frankrijk, het is net zo goed Catalonië. Noord-Catalonië, wordt het hier ook wel genoemd. Pas na de Vrede van de Pyreneeën in 1659 kwam het gebied in Franse handen.

De Sint-Jansfeesten worden op veel plekken in de wereld gevierd rondom de zomerzonnewende. Op elke plek heeft die viering een eigen betekenis. Hier staat het feest in het teken van broederlijkheid en vriendschap tussen de Catalanen aan beide zijden van de Pyreneeën. Centraal hierin staat de Pic du Canigou, voor de Catalanen een heilige berg.

Elke 22 juni wordt op de bergtop een groot vuur aangestoken met de vlam die het hele jaar door in het Castillet in Perpignan brandt. In de vroege ochtend van 23 juni steken wandelaars hun fakkels in dit vuur om het vervolgens in lantaarns mee naar beneden te nemen en te verspreiden over alle dorpen en steden in de Catalaanse landen. Overal worden dan vreugdevuren aangestoken, waarna de festiviteiten losbarsten.

Vernet-les-Bains in Pyrénées-Orientales

Het dorpje Vernet-les-Bains, waar ik het feest van Focs de Sant Joan vier

Feest in Vernet-les-Bains

Vernet-les-Bains ligt aan de voet van de Pic du Canigou, dus het vuur arriveert hier al op tijd. Om 11 uur ’s ochtends onthalen inwoners de wandelaars met veel gejuich en muziek. De burgemeester houdt een toespraak. De kinderen van het dorp, gehuld in traditionele Catalaanse kleding, dansen de Sardana. Volwassenen beginnen aan hun eerste glas bier van de dag. Tenminste, dat neem ik aan… dat het hun eerste glas is. Van mij in ieder geval wel.

Kinderen dansen de Sardana tijdens Focs de Sant Joan

Dansen in traditionele Catalaanse kleding

Een goed begin van de dag, maar spectaculair wordt het pas echt als de zon vele uren later onder is. Alle lichten in het dorp gaan uit. Tientallen kinderen met brandende fakkels lopen in optocht naar het centrale plein, waar een grote houtstapel op hen wacht. Ze gaan er in een kring omheen staan en steken het vreugdevuur aan. Nu is het feest echt begonnen! Een deejay speelt de Macarena, wat ik persoonlijk dan weer een beetje jammer vind. Maar de kinderen vinden het geweldig, en dat is natuurlijk het belangrijkste.

Focs de Sant Joan in Vernet-les-Bains

Kinderen staan klaar om het vreugdevuur aan te steken ©OTCONFLENTCANIGO

Vreugdevuur Sint-Jansfeest in Pyrénées-Orientales

Het vuur is aangestoken! ©OTCONFLENTCANIGO

Fête de la musique in Perpignan

Ze houden hier sowieso wel van een feestje. Dat merk ik al meteen als ik twee dagen eerder aankom in Perpignan, de hoofdstad van Pyrénées-Orientales. Mijn taxi rijdt de binnenstad in, over boulevards met palmbomen en platanen aan beide zijden. We stoppen bij het eeuwenoude Castillet, een voormalige stadspoort en gevangenis, waar nu dus het hele jaar door die vlam wordt bewaard.

Er staat een podium, waarop een vijftal kinderen muziek maakt. Ik stap uit, loop een trappetje af en kom aan de andere kant van het Castillet een kleiner podium tegen, met daarop een mevrouw met harp. Verderop kom ik nog meer muzikanten tegen. Rock, jazz, van alles wat. Ook ergens een geïmproviseerde dansvloer waarop voornamelijk 60-plussers elkaar in de rondte draaien. Het is gezellig op straat. Mensen lachen, drinken, dansen en luisteren samen naar muziek.

Ik eet wat op een pleintje midden in de stad. Catherine vergezelt mij. Ze komt hiervandaan, heeft jarenlang aan de andere kant van Frankrijk gewoond, maar besloot toch weer terug naar Perpignan te gaan. Hier voelt ze zich thuis. Ze vertelt me dat de muziek om ons heen onderdeel uitmaakt van het fête de la musique. Dit evenement vindt sinds 1982 jaarlijks plaats op 21 juni, de langste dag van het jaar. Het is inmiddels een goed ingeburgerde traditie. Niet alleen hier in Perpignan, maar in heel Frankrijk. Toenmalig Minister van Cultuur Jack Lang heeft het geïntroduceerd, om de zomer mee in te luiden.

Na het eten loop ik nog even rond, door de smalle straatjes van plein naar plein. Van optreden naar optreden. Het voelt fijn om hier te zijn. Iedereen is vrolijk. De muziek klinkt goed. Als dit een beeld geeft van het leven hier, dan snap ik best dat Catherine besloten heeft terug te keren.

Fête de la musique in Perpignan

Concert in Perpignan, met op de achtergrond het Castillet

Omgeving van Pyrénées-Orientales

De volgende dag ontmoet ik Clémentine. Ik rijd met haar mee vanuit het dorp Prades naar het benedictijnse klooster van Sant Miquel de Quixà. Clémentine vertelt me dat ze haar hele leven al in deze regio woont en niet van plan is weg te gaan. “Ik heb hier alles,” zegt ze. Ze wijst naar links: “Bergen waar ik in de winter kan skiën.” Ik kijk met haar mee, naar de Pic du Canigou, met 2785 meter een van de hoogste bergen in deze regio. Ze wijst naar rechts: “De zee waar ik in de zomer zwem.” Weer kijk ik met haar mee, maar die zee moet ik me even inbeelden, want die ligt een stuk verderop buiten zicht. Als ik later foto’s zie van het plaatsje Collioure, kan ik me inderdaad goed voorstellen dat het aangenaam vertoeven is aan de kust.

Maar daar kom ik dit weekend niet voor. Ik ben hier om wat mee te krijgen van de Catalaanse cultuur en tradities in deze regio. En om meteen iets mee te pikken van de prachtige omgeving hier. Want dat is me verteld, dat het hier prachtig is. En dat is ook precies het punt dat Clémentine maakt: je hebt aan de ene kant de zee en aan de andere kant de bergen, maar kijk ook daartussenin. Daar vind je charmante dorpjes die samen een indrukwekkend cultureel erfgoed vormen en een gevarieerd landschap met wijngaarden en boomgaarden vol abrikozen en perziken. Er zijn veel festivals en feesten en volop mogelijkheden tot buitensporten zoals mountainbiken en raften. Bovendien maken ze hier bijzonder lekkere wijnen. Neem bijvoorbeeld de zoete wijn Banyuls, wat hier vaak als aperitief wordt gedronken en wereldwijd bekend is bij topchefs en wijnkenners. Kortom: genoeg redenen om hier te blijven.

Saint-Martin-du-Canigou en Les Orgues d’Ille-sur-Têt

Ik snap haar punt. Zeker als ik een paar uur later bovenop een rots sta en uitkijk over de abdij van Saint-Martin-du-Canigou. De abdij werd zo’n 1000 jaar geleden gebouwd bovenop een 1094 meter hoge rots, omringd door groene bergen. Deze locatie is ideaal om even helemaal tot rust te komen. Vanuit het dorpje Casteil doe je er te voet ongeveer 40 minuten over om boven te komen. Je kunt ook met een jeep over de onverharde, smalle, steile paden vol haarspeldbochten naar boven rijden. Dan ben je er een stuk sneller en het is best een spectaculair ritje. Ik was maar een heel klein beetje bang dat we over de rand zouden kukelen…

Saint-Martin-du-Canigou

De abdij van Saint-Martin-du-Canigou gezien vanaf het uitzichtpunt op een rots ©OTCONFLENTCANIGO

Ook bezoek ik Les Orgues d’Ille-sur-Têt, een rotsformatie van zandsteen die door miljoenen jaren van erosie is uitgesleten tot bijzondere vormen. Qua uiterlijk doet het denken aan orgelpijpen. Vandaar ook de naam.

Les Orgues d’Ille-sur-Têt in Pyrénées-Orientales

Les Orgues d’Ille-sur-Têt

De kerk in Eus

En zo kan ik nog wel even doorgaan over de omgeving van Pyrénées-Orientales. Ik bezoek bijvoorbeeld het pittoreske dorpje Eus. Blijkbaar een van de zonnigste dorpen in heel Frankrijk. De ligging is mooi, op de helling van een berg. Dit zorgt ervoor dat alle huizen zo ongeveer boven elkaar gebouwd zijn. Via steile, autovrije straatjes kom je uiteindelijk helemaal boven bij de kerk, die in de 18e eeuw is gebouwd.

Het dorpje Eus in Pyrénées-Orientales

Eus, met helemaal bovenaan de kerk

Het schijnt dat de enorme granietblokken voor de bouw van de kerk destijds door de vrouwen in het dorp naar boven zijn gesjouwd. Mannen hadden het te druk met hun dagelijkse bezigheden. Sommige vrouwen overleden door het zware werk, veel anderen kregen miskramen.

Dit vertelt Papi, die eigenlijk geen Papi heet. Maar iedereen noemt hem zo en niemand kent zijn echte naam. Hij is ergens in de 80 en houdt blijkbaar iedere dag zijn praatje bij de kerk in Eus, over de kerk in Eus. Hij kan er uren mee vullen. Echt.

Hij ziet dat ik een camera bij me heb en dwingt me om twee foto’s te maken van een beeld van Jezus aan het kruis; één zonder en één met flits. Ik moet inzoomen op de voeten.

“Een wonder!” roept hij als hij samen met mij de foto’s bekijkt. “Op de ene foto zie je duidelijk bloed op zijn voeten. En op de andere foto is het bloed ineens verdwenen!” Papi wijst naar een mevrouw naast me: “Nu jij!” Twee mannen achter me verstoppen snel hun camera.

Pic du Canigou

Twee uur later lopen we de kerk uit. Als mijn ogen weer aan het felle daglicht gewend zijn, zie ik in de verte de voor mij inmiddels zo bekende Pic du Canigou. In deze regio kom je uiteindelijk altijd weer uit bij die berg, zeker rond deze tijd van het jaar met de Sint-Jansvuren.

Pic du Canigou

De Pic du Canigou is vaak op meer dan 100km afstand al zichtbaar

Waar de festiviteiten aan de voet van de Pic du Canigou in Vernet-les-Bains al in de ochtend begonnen, is het in de middag ineens doodstil. De Senyera wappert overal in de uitgestorven straten. Ik vraag me kort af waar iedereen gebleven is, maar realiseer me dan dat het natuurlijk tijd voor siësta is. Want hoe gaan die kinderen het straks anders volhouden tot diep in de nacht?

Ik neem plaats op een terras en zie het dorp langzaam weer tot leven komen. Op het plein tegenover me plaatsen wat mannen een grote ronde vuurschaal en vullen deze met hout. Aan de rand van het plein leggen ze een grote stapel houten pallets klaar. Als het vuur straks aan is, moet het immers de hele nacht blijven branden.

Ik bestel een glas Rivesaltes en wacht tot de zon ondergaat.

Meer informatie

  • Kijk voor meer informatie over de regio en wat er zoal te doen en zien is op de toerismewebsite van Pyrénées-Orientales.
  • Voor gerechten met lokale producten en een indruk van de Catalaanse keuken kun je terecht bij een van de veertig restaurants die zijn aangesloten bij Les Toques Blanches du Roussillon. Zowel in Prades als in Villefranche-de-Conflent heb ik er erg lekker gegeten. En goede regionale wijn gedronken!
  • Over Villefranche-de-Conflent gesproken: dit is een mooi dorp met een fascinerende geschiedenis. Ik heb daar nu geen aandacht aan gegeven. In dit artikel ga ik hier uitgebreid op in.
  • Bekijk ook eens mijn fotoverslag van deze reis.
Jelle
Laatste berichten van Jelle (alles zien)

Vragen? Suggesties? Of jouw reishonger delen?

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Je mag alleen HTML tags en attributen gebruiken:

<a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>