500 Dagen op reis: een interview met schrijfster Ingeborg van den Ban

Baan opgezegd en leaseauto ingeleverd: check. Huis verkocht en de (iets te dikke) katten naar een logeeradres gebracht: check. Backpack ingepakt: check. Wow! De weide wereld in! En toen ging de wekker en bleek alles een droom. Zo zal het de meeste mensen vergaan die al tijden dromen van een lange reis. Maar dat gold niet voor Ingeborg en haar vriend Twan. Zij lieten hun droom uitkomen: een jaar op reis. Althans, dat was de bedoeling, want het werden uiteindelijk 500 dagen.

500 dagen op reis

En waar kan je dan zoal naartoe in 500 dagen? Nou, Turkije, Tanzania, Zambia, Namibië, India, Nepal, Myanmar en Australië bijvoorbeeld. En dan weer naar Zuid-Afrika om per Land Rover terug te rijden naar Nederland. Ingeborg schreef er een vlot leesbaar boek over, met de titel “500 Dagen op reis, de bijzondere avonturen van een enthousiast wereldreizigster”. Wij spraken Ingeborg over haar belevenissen, over gelukkig zijn en over de rode draad in het boek: reizen geeft je een andere kijk op het leven! Oh ja, en we vroegen hoe het nou precies zit met dat elektrategoed dat in Tanzania opgewaardeerd moet worden.

Boek 500 Dagen op reis van Ingeborg van den Ban

Er bestaan vaak vooroordelen over landen. De beruchte verjaardagsgesprekken, waarbij een oom die nog nooit verder is geweest dan Duitsland, vertelt hoe gevaarlijk land x wel niet is en hoe onvriendelijk de mensen in land y zijn. Zijn jullie voorafgaand aan de reis ook tegen dit soort vooroordelen aangelopen, en heeft het jullie in eerste instantie beïnvloed?

Zodra je op reis gaat en landen echt gaat ontdekken, kom je er achter dat het beeld dat je vooraf had soms helemaal niet klopt. Zo dachten we dat het werkelijk onmogelijk is om door India te backpacken en niet dood- en doodziek te worden. En dat je in Myanmar echt nog 100 jaar terug in de tijd gaat en je alleen maar paard en wagen ziet en mensen nog amper weten wat een mobiele telefoon is. En dat je alleen door Nieuw-Zeeland moet gaan reizen als je een hele dikke portemonnee hebt. En dat Ethiopië niets anders is dan een droog, dor, zanderig, vlak land waar mensen omkomen van de honger. En dat Afrika als continent levensgevaarlijk is om doorheen te reizen.

Maar zodra we eenmaal in een land kwamen en de mensen en de cultuur leerden kennen, viel het hartstikke mee: het beeld dat in ons hoofd zat was met name gecreëerd door wat we in de media zien en horen. En omdat we niet al te veel research doen voordat we besluiten ergens naartoe te gaan, blijft dit beeld bestaan. En ja, dan kom je er dus achter dat het beeld dat in je hoofd zit vaker niet dan wel overeenkomt met de werkelijkheid.

Ik werd tijdens het lezen vrolijk van de positiviteit waarmee je jullie belevenissen hebt opgeschreven. Ben je na de twee grote reizen die jullie hebben beleefd positiever in het leven gaan staan?

Absoluut! Eén van de dingen die ik zo leuk vind aan reizen is dat je heel makkelijk mensen ontmoet, zowel reizigers als locals. Reizigers klagen amper: ze kiezen ervoor om in een smerig kakkerlakken-hostel te slapen, of urenlang in een snikhete bus te zitten waar je Europese benen te lang zijn voor de beschikbare beenruimte. Ook wij hadden er dan af en toe wel even genoeg van, maar dat moment duurt vaak maar even. Lokale mensen klagen vaak ook bijna niet, ondanks dat de meesten die wij hebben ontmoet behoorlijk arm zijn. Ze focussen op de positieve dingen in het leven en dat is ook waar ze over praten.

Opeens realiseerde ik me dat we ook best vaak klaagden: dan is het weer te koud, dan weer te warm. Dan was het eten niet lekker, dan hadden we dorst maar geen water. Dan stonken onze kleren en hadden we geen schone meer, dan… We wijzen elkaar er nu continu op en proberen een situatie juist van de positieve kant in te zien. Zo duurde onze grensovergang van Soedan naar Egypte uren, omdat een douanebeambte (een jonge knul) net was begonnen met werken en er nog niet echt de handigheid in had. Na ruim twee uur waren onze autopapieren gestempeld, iets wat ook in tien minuten afgehandeld kon worden. De positieve kant? Hij wilde z’n werk goed doen en wilde geen fouten maken.

Je gedetailleerde omschrijving van toiletten (of wat daarvoor door moest gaan), spugende locals, volgepropte bussen en niet te vergeten: kakkerlakken, geven een goed beeld van de soms ook ongemakkelijke situaties waarin je terecht komt. Wat is je advies aan mensen die ook aan een dergelijke reis willen beginnen en daar toch wel tegenop zien?

Mijn advies is heel eenvoudig: laat je niet gek maken door iedereen die zegt hoe gevaarlijk het is om rond te gaan reizen en wat je allemaal wel niet kan overkomen! Veel mensen redeneren vanuit hun eigen perspectief: ze vinden het eng omdat het iets onbekends is, buiten hun comfortzone, en de negatieve verhalen die ze hebben gehoord blijven vaak langer hangen dan de positieve. Laat je hier niet door beïnvloeden maar ga juist op zoek naar mensen die reiservaring hebben.

Omdat wij niet veel mensen kenden die veel hebben gereisd, hebben we vooral reisblogs gelezen met praktische tips: wat kost het om in een land te verblijven als backpacker, wat doe je als je ergens (serieus) ziek wordt, hoe veilig is het om alleen over straat te gaan, wat zijn absolute must see’s en ga zo maar door.

In Rwanda ben je als toerist de attractie - 500 dagen op reis

Ongemakkelijk of juist grappig: in Rwanda ben je als toerist nog echt aan attractie

Een rode draad door het boek is toch wel de andere kijk die je krijgt op het leven. En dan met name: geduld en ontspanning. Wat was het meest relaxte land tijdens jullie reis?

Australië, zonder twijfel! Het is ook niet voor niets “the most livable city of 2017”. We zijn drie maanden in Australië gebleven: ten eerste om ervoor te zorgen dat we in de juiste tijd door Afrika kunnen reizen en niet volledig in het regenseizoen zitten. Ten tweede om wat geld bij elkaar te sprokkelen voor de verlenging van onze reis (van één naar anderhalf jaar). En om even niet elke nacht in een ander bed te hoeven slapen, lekker zelf te kunnen koken en even ‘settelen’.

Ik merkte al snel dat werken niet zozeer op de eerste plek komt voor Australiërs, maar je privéleven/vermaak komt op de eerste plek! Is het half tien? Laten we dan even met wat collega’s naar dat ene koffietentje zes straten verderop lopen om een kop koffie te drinken. Zo weer een uur verder. Schijnt de zon lekker? Dan lopen de kantoren leeg tijdens lunchtijd en zie je mannen in pak en vrouwen in jurkjes in het park liggen. Gewoon even anderhalf uur er tussenuit om te genieten van het mooie weer. Daarnaast spreekt iedereen elkaar aan met: “Hello darling, how are you love? Hi gorgeous, what’s going on sweetheart?” Een heerlijk sfeertje om in mee te gaan, want je wordt er zelf ook minder gehaast door en je voelt je een stuk vrolijker als mensen je zo vriendelijk aanspreken!

De aanslag op het luchthaven van Istanboel was een heftig moment tijdens jullie reis. Als er weer ergens op de wereld een aanslag is geweest, kijk je daar nu anders naar? Doet het je nu meer, omdat je weet wat het voor de lokale bewoners betekent? Zoals bijvoorbeeld pensioneigenaar Osman in Turkije?

Als er een aanslag werd gepleegd, ergens op de wereld, dacht ik alleen maar aan de slachtoffers en de aanslagplegers. Het feit dat er ook mensen wonen in zo’n stad en met de gevolgen moeten zien om te gaan, kwam eerlijk gezegd bijna nooit in me op. Nu ik zelf in Turkije was tijdens de aanslag op het vliegveld (juni 2016) zag ik ineens wat het voor de mensen in het land betekende: toeristen cancelen massaal hun vakantie, er blijft nog maar een handjevol toeristen komen.

Hetzelfde zie je nu nog steeds gebeuren: scholen gaan liever niet meer naar Parijs, Londen of Berlijn of andere Europese hoofdsteden uit angst voor een mogelijke aanslag. De impact van het wegblijven van toeristen is gigantisch, wat we ons amper realiseren. Voor zelfstandig ondernemers kan het wegblijven van toeristen cruciaal zijn.

De Blauwe Moskee in Istanboel - 500 dagen op reis

De Blauwe Moskee in Istanboel

Je geeft in het boek regelmatig aan dat jullie eigenlijk steeds redelijk onvoorbereid waren. Net niet de juiste kleding, toch iets te laat kaartjes voor de bus gereserveerd en precies de verkeerde weg genomen. Komt dat door de reis die jullie in 2010 al hebben gemaakt? Ga je daarom meer met een “go with the flow” mentaliteit op reis?

Het grappige is dat we in Nederland ons leven best goed organiseren en de dingen wél goed voor elkaar hebben. Het is niet dat we ons bewust niet voorbereiden op een reis, het loopt vaak gewoon zo. Voorbereiding kan ook heel veel tijd kosten. Meestal kiezen we ervoor om iets anders te gaan doen dan uren achter de laptop te zitten zoeken en vergelijken. Zodra we eenmaal onderweg zijn en in een land aankomen beginnen we pas met inlezen. En ja, dat zorgt er geregeld voor dat we nog wel eens ergens tegenaan lopen.

Zo heb ik in mijn hardloopkleren de Annapurna in Nepal beklommen en moesten we soms een ander vervoersmiddel kiezen dan we eigenlijk hadden gewild. Misschien is dat minder comfortabel of net iets minder mooi. Maar of je reis er minder van wordt? Absoluut niet! Omdat we zo veel hebben gereisd is voor ons dé toeristische highlight een stuk minder belangrijk geworden en gaan we liever voor de mooie ervaringen. En doordat we de boel soms net iets minder op de rit hebben maken we ook weer andere dingen mee!

Mensen in India lijken immuun voor de enorme hoeveelheid prikkels om hen heen. Anderzijds zijn er ook landen waar kinderen juist helemaal geen behoefte lijken te hebben aan voortdurende “entertainende” prikkels. Ben je er achter gekomen hoe dat komt? En ga je daar zelf ook aan wennen als je wat langer in zo’n omgeving doorbrengt?

Ik weet niet of kinderen er geen behoefte aan hebben. In Nederland vinden we dat een kind continu geprikkeld moet worden: vanaf het moment dat een kind geboren wordt zijn er knuffels, speelgoed, schilderingen op de muur van de babykamer. Een kind moet ontdekken en leren. Dit zorgt er ook voor dat Europese kinderen zich meteen vervelen als ze even niets te doen hebben.

In heel veel landen waar we zijn geweest was er geen geld voor speelgoed of voorleesboekjes, waardoor kinderen niet anders weten dan dat ze zichzelf moeten zien te vermaken. Of kinderen daar zich vervelen weet ik niet, wachten en niets doen lijkt soms heel eenvoudig voor mensen te zijn. Zelf zijn we wel gaan wennen aan wachten en niets doen, maar de overload aan prikkels in India wenden absoluut niet.

Kind speelt met lege kokosnoot

Geen Playstation of YouTube, maar gewoon lekker spelen met een lege kokosnoot

Je beschrijft gewoontes van mensen in andere landen die voor ons totaal afwijkend zijn. Is er een gewoonte die je graag in Nederland zou willen introduceren?

De tijd nemen om even een praatje met iemand te maken en te vragen hoe het gaat, ondanks dat je die persoon misschien helemaal niet kent. Het lijkt in eerste instantie oppervlakkig, want we zijn het gewend om ‘hallo’ en ‘dag’ te zeggen als je bijvoorbeeld een winkel in- of uitgaat. In heel veel landen bleek het gebruikelijk te zijn om jezelf voor te stellen en te vragen hoe het met die ander gaat. Je bent hierdoor minder gehaast, neemt even de tijd voor die ander en je gaat vervolgens verder met de vraag of mededeling die je hebt. In Nederland draait het vaak om tijd: alles moet snel want we moeten veel te veel doen gedurende een dag. Hoe fijn zou het zijn als we net iets minder wilden en juist meer tijd voor elkaar zouden nemen!?

Je beschrijft een etentje in een simpel restaurant met plastic stoelen en tafels in Turkije tijdens de ramadan. Back to basic. Ga je nu met een ander gevoel uit eten in Nederland? Kies je bewust simpelere restaurants?

Ik ga met name met een ander gevoel uit eten vanwege de prijzen! We hebben zo ontzettend goedkoop gegeten tijdens de reis, dat het prijsniveau in Nederland opeens absurd lijkt. Natuurlijk kan ik het relativeren en snap ik dat de kosten in Nederland ook hoger zijn, maar toch. Dit is zeker een reden waarom ik nu voor simpeler en goedkopere restaurants kies. Maar eerlijk is eerlijk: soms is het ook wel héél fijn om even niet over de prijs na te denken en voor een luxe viergangendiner te gaan.

Goedkoop restaurantje

Eén-gang-menu

In de meeste landen waar jullie geweest zijn lijkt “gelukkig zijn” vanzelfsprekend. Je stelt ook zelf de vraag: “wat maakt ons mensen gelukkig”. Ben je daar achter gekomen?

Ik heb zeker het gevoel dat ik beter weet wat me gelukkig maakt dan voordat we vertrokken, maar ik denk dat je er nooit helemaal achter kunt komen. Vaak is het makkelijk te benoemen wat je in ieder geval niet gelukkig maakt, maar wat dan wel is vaak niet zo eenvoudig. Wat mij gelukkig maakt? Geen gevoel hebben dat je van alles moet (moet sporten, gezond moet eten, een foto op Facebook moet zetten die laat zien hoe leuk je het hebt, enz), maar dingen doen die je graag wilt.

Ook ben ik erachter gekomen dat het buitenleven echt mijn ding is. In Nederland zit ik het grootste deel van de dag binnen op kantoor. Dus ’s avonds en in het weekend probeer ik maximaal naar buiten te gaan. Doordeweeks ontbijten alsof het weekend is en daar spontaan gewoon een keer de tijd voor nemen. Allemaal kleine dingen die je “standaard” leven net even anders maken.

Kamperen boven op je 4wd

Het échte buitenleven!

In Tanzania waardeer je niet je beltegoed op, maar je elektrategoed. Als de stroom nu thuis uitvalt, denk je daar dan onbewust aan terug?

Het is nog niet gebeurt, maar ik denk dat ik daar dan wel aan moet denken. Stroom, water en gas zijn zo vanzelfsprekend in ons huishouden dat je er niet eens bij stilstaat wat er gedaan moet worden om dit voor elkaar te krijgen. Als we een paar uur zonder stroom zitten in Nederland is dat nieuws. Voor ziekenhuizen bijvoorbeeld is dit inderdaad een probleem. Maar is het voor een normaal huishouden echt zo rampzalig? Het is even anders dan ‘normaal’, volgens mij is dat nog het grootste probleem.

In een aantal Turkse dorpen zag je de transformatie naar een volledig op toeristen aangepaste leefomgeving. Ben je bang dat over enkele jaren alleen nog maar dit soort op toeristen aangepaste plaatsen bestaan?

Helaas wel ja. Je ziet het bijvoorbeeld aan een land als Thailand dat enorm verwestert. Hoe meer toeristen ergens komen, hoe sneller dit gaat. Ik ben dan ook blij met mensen die zeggen dat ze niet van reizen houden: dan blijven er meer onontdekte plekjes over!

We maken ons in Nederland druk om niets. Nu je alweer een paar maanden thuis bent, ga je daar misschien weer langzaam in mee? Of lukt het om die relativerende blik die je tijdens je reis had vast te houden?

Die blik houd ik zeker vast! Het is te makkelijk om altijd maar over alles te klagen. De positieve kant van een situatie wordt niet snel gezien. Daar ben ik nu juist naar op zoek. Het leven is te kort om altijd maar negatief te zijn en je druk te maken om onnozele dingen.

Op reis plande jullie niet meer dan 1 week vooruit. Doe je dat nu thuis ook?

Helaas lukt dat niet, behalve als je je afzondert van alle sociale dingen. Onze weekenden zijn een maand van tevoren al volgepland. Wat we wel hebben gedaan om te voorkomen dat we weer helemaal terugvallen in ons oude, drukke patroon, is de Twan-en-Inge-zondag: op zondag plannen we niks, behalve iets wat we met z’n tweeën gaan doen. En dat is erg fijn! Lekker uitslapen, rustig ontbijten en ’s avonds vaak uitgebreid koken onder het genot van een wijntje. Zo proberen we toch nog iets van het ontspannen gevoel van de reis te behouden.

In een interview bij Omroep Brabant gaf je aan dat je zaken meer bent gaan waarderen. Neemt dat gevoel langzaam af of blijft dat? En wat waardeer je nu meer?

Het is weer heel normaal om de luxe te ervaren die we in Nederland hebben: een huis dat schoon is, een lekker bed, een verwarming die je aanzet als je het koud hebt, een supermarkt waar je (seizoensonafhankelijk) alles kunt kopen wat je maar wilt. Ik realiseer me nu bijna dagelijks hoe niet normaal dit eigenlijk is en hoe anders het ook kan zijn. Die waardering zit er dus zeker nog in.

Merk je dat andere mensen geïnspireerd zijn geraakt door je boek en inmiddels ook al op reis zijn gegaan?

De lezers raken zeker geïnspireerd. Dit komt vooral omdat ik een eerlijk beeld geef van reizen, en niet alleen de leuke kant belicht. Een aantal lezers zijn inmiddels hun reis aan het plannen!

Een belangrijk thema in je boek is beleven. Daardoor bleef er bewust minder geld over voor eten, drinken en onderdak. Zou je dit bij je volgende reis precies weer zo doen?

Absoluut! Ik herinner me juist de gave dingen die ik heb gedaan, en veel minder een luxe restaurant of een luxe hotel. Hoewel, de luxe hotels herinner ik me wel heel goed, omdat ik hier bijna nooit overnacht. In anderhalf jaar tijd hebben we maar drie keer in een écht luxe hotel geslapen. Het geld was het zeker waard want af en toe moet je gewoon weer even opladen. Een schoon, lekker bed en een schone badkamer waar je niet op je slippers hoeft te lopen helpen hier zeker bij. Los daarvan blijf ik lekker in de vieze restaurantjes eten en in de goedkopere ho(s)tels slapen.

Luxe hotelkamer

De meest luxe kamer waar Ingeborg en Twan hebben geslapen. Dat vergeten ze niet!

Je hebt het over het vertrouwen van mensen en dat dat niet in de Nederlandse cultuur/mentaliteit zit. Merk je dat je mensen na je reis sneller vertrouwt?

Ik vertrouw ze niet in eerste instantie sneller, maar ik roep mezelf wel tot de orde als ik merk dat ik een wantrouwende houding heb. Je kunt beter iemand een eerlijke kans geven dan bij voorbaat al te denken dat het toch niks wordt. En je ontmoet ook veel meer mensen als je een open houding aanneemt en mensen aanspreekt, in plaats van liever op een afstandje te observeren. Het enige is dat de mensen in Nederland hier af en toe even aan moeten wennen.

Ben je al met je tweede boek begonnen, die over het laatste half jaar van jullie reis gaat, waar jullie met een Land Rover 35.000 km. hebben afgelegd van Zuid-Afrika naar Nederland?

Jazeker, de eerste letters staan weer op papier. Het is heerlijk om onze avonturen op deze manier weer te herbeleven. De gedachte dat straks heel Nederland ook dit deel van de reis kan meemaken door mijn boek te lezen motiveert enorm!

Aan het einde van het boek deel je je dromen over de volgende bestemmingen. Het Midden-Oosten, Argentinië, Antarctica, Bolivia en Canada zijn daar slechts een paar van. Zijn er al concrete plannen voor een derde reis?

Helaas nog niet. De spaarpot is na anderhalf jaar reizen toch wel behoorlijk leeg. Het plan is om eerst maar eens een aantal jaar ‘gewoon’ te doen: werken en onze vakantiedagen benutten voor mooie trips. Een lange reis zit er voorlopig niet in. Maar de ideeën spelen zeker door mijn hoofd!

Je bent 2 januari 2018 weer begonnen met werken. Wat doe je nu?

Ik werk als consultant bij een bouwmanagement en –advies bureau. Partijen die een gebouw willen laten (ver)bouwen huren ons in om hen te helpen met het ontwikkelen van de plannen en om ook tijdens de bouwfase het management te voeren. Het is leuk om weer nieuwe collega’s te leren kennen en aan mooie projecten te werken.

Zou je in de toekomst Nederland definitief willen verlaten?

Nee, daar is Nederland op heel veel vlakken toch net iets te fijn voor: vier seizoenen, het zorgstelsel, kwaliteit van het onderwijs, carrièremogelijkheden, hygiëne en je vrienden en familie die makkelijk op te zoeken zijn!

Het boek van Ingeborg van den Ban, “500 Dagen op reis” is onder andere te koop bij Bol.com.

John
Laatste berichten van John (alles zien)

Vragen? Suggesties? Of jouw reishonger delen?

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Je mag alleen HTML tags en attributen gebruiken:

<a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>