Islay – stoere whisky en ruige natuur

Islay is een prachtig eiland. Proef er de Schotse eilandencultuur, leer alles over whisky en geniet van het ruige weer. Het eiland is perfect om te fietsen of te wandelen en behalve whisky is er een geweldige fauna. Ga je mee?

Islay is een eiland langs de westkust van Schotland, dat samen met het naastgelegen onherbergzame Jura behoort tot de zuidelijkste van de Binnen-Hebriden. De belangrijkste reden om er naar toe te gaan zijn de acht whiskystokerijen. De Islay whisky’s hebben vanwege hun unieke karakter een aparte status binnen de Schotse whisky’s gekregen. Het mooie is dat je ze allemaal in een paar dagen kunt bezoeken en kennis maakt met een bijzonder deel van de Schotse cultuur.

Verlaten stranden en ruige kusten op Islay.

Islay – meer dan whisky

Naast whisky proeven is Islay de moeite waard vanwege de vele vogelsoorten die er huizen. Vooral van oktober tot mei is het eiland interessant wanneer er een grote kolonie brandganzen en rotganzen overwinteren. Andere vogelsoorten die voorkomen zijn alpenkraaien, blauwe kiekendieven, scholeksters en aalscholvers. Daarnaast heb kun je vanaf de kust regelmatig zeehonden spotten en op mijn tochten over het eilanden ben ik regelmatig kuddes herten tegengekomen.

Wildlife op Islay: overal langs de kust kun je zeehonden spotten.

De belangrijkste plaats op Islay is Bowmore. Deze hoofdstad heeft een brede hoofdstraat die uitkomt bij Kilarrow Parish Church, een ongebruikelijk rond kerkgebouw. Volgens de overlevering moet de ronde vorm voorkomen dat de duivel zich in de hoeken kan verschuilen. In Port Ellen en Port Charlotte met hun wit geschilderde huisjes, lijkt de tijd stil te hebben gestaan. Het eiland is ruim 600 vierkante kilometer en heeft een kustlijn van ongeveer 200 kilometer. Er wonen slechts 3000 mensen, waarvan ongeveer de helft nog het Schots-Gaelisch spreekt. Het klimaat op Islay is dankzij de warme Golfstroom vaak zachter dan op het Schotse vasteland.

Het kerkje in Bowmore.

In de witte dorpjes Port Ellen en Port Charlotte lijkt de tijd te hebben stilgestaan.

Islay – ga wandelen

Het landschap op het eiland is bijzonder mooi en afwisselend, al zijn er geen uitgesproken hoge bergen zoals op Skye en Mull. Wandelen of fietsen brengen je dichtbij de mooiste plekken. Op verschillende plekken zijn uitgestrekte zand- en kiezel stranden en mooie baaien, op de meeste plekken kun je zwemmen. Alleen langs de westkust beukt de Atlantische Oceaan met volle kracht op de kust en zorgt plaatselijk voor gevaarlijke onderstromingen.

Het eiland is het makkelijkst per auto te verkennen. De Calledonian Mac Brayne Ferry zet je vanuit Kennacraig op het vaste land over naar Port Ellen en Port Askaig. Of je vliegt via Glasgow naar Islay en huurt een auto op het vliegveld. Zorg dan wel dat je in een B&B overnacht in de buurt van één van de whiskystokerijen zodat je onbezorgd van een proeverij kunt genieten.

 

Overtocht naar Islay met Calladonian Mac Brayne..

Jura – het zusje van Islay

Vanuit Port Askaig brengt de ‘Eilean Dhiura’ je en eventueel je auto in enkele minuten over de Sound of Islay naar Eiloin op Jura. Jura is onherbergzaam en staat bekend als een van de wildste plaatsen van Schotland. Op het lange smalle eiland vind je hoge bergen (de Paps of Jura), verrukkelijke whisky, kijk je uit over de mythische Corryvreckan whirlpool en ontmoet je meer herten (5.000) dan mensen (200). De indrukwekkende fauna bestaat verder uit otters, zeehonden, steenarends, de zeldzame zeearends en dwergvinvissen.

Dramatische landschappen op Jura: the Paps of Jura.

George Orwell, een van de meest beroemde schrijvers van de 20ste eeuw, noemde Jura zijn thuis. Hij woonde op het eiland vanwege de rust en stilte die hij nodig had om zijn beroemde werk, 1984, af te maken. Van 1946 tot 1948 woonde hij in een boerderij, gelegen aan het noorden van het eiland, waar je lopend nog steeds kunt komen.

De whiskystokerij Isle of Jura is te bezoeken. Het is handig om vanaf Islay van te voren een tour te boeken. Je kunt er zien hoe de bijzondere malts worden gemaakt, deze variëren van zoet tot krachtig met een heerlijke turfsmaak. Uiteraard kun je er een glas proeven.

Jura distillery.

Islay – speciale whisky’s

De whisky die op Islay gemaakt wordt door de acht nog werkende distilleerderijen op het eiland staan bekend onder de naam Islay malt whisky. Ondanks dat ze op één eiland worden gemaakt, verschillen ze onderling enorm van smaak. De oudste whiskystokerij op Islay is de Bowmore distillery, opgericht in 1779. In de loop der jaren zijn er heel wat stokerijen gestart en weer gesloten. Veel stokerijen werden in de 18e eeuw opgericht door de welwillende landheren om te zorgen voor werkgelegenheid.

Turf en water

De bodem van Islay bestaat voor een groot deel uit turf die in de loop van honderden is gevormd door rottende planten en water en uiteindelijk een compacte massa vormt. De turf wordt met de hand gestoken en gedroogd. Het eindproduct is een rechthoekige klomp turf die als brandstof wordt gebruikt. Hiermee worden huizen verwarmd en whisky gestookt. Het water op Islay is bruin vanwege de turf in de bodem en zelfs het water in de beekjes is bruin.

Turf steken.

Het water in de beekjes is bruin van de turf.

Met uitzondering van Kilchoman liggen alle stokerijen op Islay direct aan zee gelegen en staat de whisky dus onder invloed van de zilte zeelucht. Velen waarderen de sterke smaak van de eiland whisky’s, sommigen zal het afschrikken. Winterstormen drijven de zoute lucht ver landinwaarts en dit verzadigt de turf, wat weer gedroogd wordt door de zilte zeelucht. Zowel de rokerige turfsmaak als de zilte zeelucht proef je terug in de whisky’s van Islay.

De zee is overal dichtbij en beinvloed met haar zoute ziltlucht de Isla whisky.

Mouten

Het mouten van de gerst voor de whiskystokerijen op Islay, een basis ingrediënt van whisky, wordt veelal gedaan in de Port Ellen mouterij. De specificaties kunnen per stokerij verschillen. Het mouten is een proces waarbij het zetmeel dat aanwezig is in graan, omgezet wordt in vergistbare suikers. Later in het brouwproces worden deze suikers omgezet in alcohol. De turf wordt gebruikt om de gerst te roken, wat in de smaak van de whisky weer terugkomt.

De moutvloer bij Laphroaig.

Islay – de zuidelijke stokerijen

De distilleerderijen aan de zuidkust van het eiland staan erom bekend dat ze een sterke, rokerige en turfachtige smaak hebben. Deze smaak is afkomstig van de rook van het turfvuur waarboven de mout wordt gedroogd. Sommigen noemen Islay-whisky’s ook wel medicinaal van smaak vanwege de jodiumachtige geur. De whiskystokerijen die je hier kunt bezoeken zijn Ardbeg, Laphroaig en Lagavullin.

Lagavulin distillery.

Islay – de noordwestelijke stokerijen

De Bruichladdich en Bunnahabhain whisky’s zijn een stuk milder. Dit heeft te maken met het water dat wordt gebruikt, het komt uit een bron waar het geen contact heeft gehad met turf en verder gebruiken de stokerijen minder turf tijdens het moutproces. Hierdoor zijn deze whisky’s lichter van smaak zijn en minder turfachtig.

Bruichladdich distillery.

Bowmore & Caol Ila

De Bowmore stokerij ligt aan Loch Indaal in het centrum van Islay in het gelijknamige stadje. Deze whisky smaakt wel turfachtig en rokerig en bevat ook geuren van toffee, kruiden en lijnzaad.

Caol Ila, hoewel iets ten zuiden van Bunnahabhain, produceert een delicate, groenachtige malt whisky met turf en zilte tonen maar tevens met een peperachtige afdronk.

In deze ketels gebeurt het allemaal.

Farmstillery Kilchoman

De Kilchoman Distillery is een zogenaamde farmdistillery zoals vroeger veel destilleerderijen in Schotland waren. Het destilleren was iets wat de boeren er maar bij deden. Aan de linkerzijde van het pad staan stallen en aan de rechterkant wordt gedestilleerd. Aangezien de distillery in 2005 gebouwd is, zijn er geen oude gebouwen te zien, alles is prefab nieuwbouw. De stokerij hoort bij de Rockside farm en is de eerste nieuw gebouwde stokerij sinds 124 jaar. Het is de achtste stokerij op het eiland en ligt het meest westelijke op het eiland nabij Loch Gorm, dichtbij de Atlantische Oceaan. Het hele productieproces van Kilchoman wordt gedaan op het eiland zelf en ook de gerst is afkomstig van Islay.

Alles is prefab bij Kilchoman.

Port Charlotte en Port Ellen distillery

Port Charlotte was een distilleerderij van het Schotse eiland Islay en droeg dezelfde naam als het dorpje waarin het was gevestigd. De distilleerderij is in 1829 opgericht en werd in 1929, na verschillende eigenaren te hebben gehad, gesloten. Van 2009 tot 2014 was Port Charlotte nieuw leven ingeblazen en werd het gemaakt in de nabijgelegen Bruichladdich distilleerderij. De whisky werd wel in Port Charlotte gelagerd in eiken vaten. Ook het bottelen gebeurde in de voormalige port Charlotte distilleerderij.

Port Ellen is een stokerij in het zuiden van het eiland die eigenlijk niet in het rijtje thuishoort, hij is gesloten in 1984. Er zijn nog flessen te koop voor astronomisch hoge prijzen.

Port Ellen Maltings, alleen nog in gebruik voor het mouten van gerst voor andere stokerijen.

Geheime whisky’s

De Smokehead whisky en de Finlaggan Single Malt worden wel op Islay geproduceerd, maar kennen geen eigen stokerij. Het blijft een goed bewaard geheim waar ze precies vandaan komen, alhoewel kenners zeggen te proeven dat ze respectievelijk uit de Ardbeg en de Lagavulling stokerij afkomstig zijn.

Islay fauna: vogels en andere dieren

Islay wordt wordt ook wel de Queen of the Hebrides genoemd. Dit heeft ook te maken met het rijke dierenleven op het eiland. De fauna op Islay is uitermate gevarieerd en het is bepaald niet moeilijk de vele dieren te observeren in hun natuurlijke omgeving. De gebieden rond Loch Indaal, Loch Gorm en de Rhinns of Islay zijn zeer geschikt voor het bestuderen van het wildleven op het eiland, terwijl Claddach nabij Portnahaven uitermate geschikt is voor het observeren van trekvogels in het najaar.

Wisselend per seizoen zijn er tussen de 100 en 200 verschillende soorten vogels aanwezig op het eiland waarvan er ongeveer 120 broeden op het eiland. Vogels en ander dierenleven observeren is eenvoudig juist vanwege de grote aantallen. Al rijdend met de auto, fietsend op de kleine single track wegen en lopend over de vele paden en stranden zie je overal wel wat vliegen en lopen en met een beetje geduld kom je echt bijzondere dieren tegen. Ga er vooral tussen zonsopkomst en zonsondergang op uit.

Spontane ontmoeting met herten.

Overal langs de kust bestaat de kans op een ontmoeting met zeehonden, otters, waadvogels, zeevogels zoals jan van genten en scholeksters, dolfijnen, een toevallige zonnebadende haai en zelfs walvissen zijn te observeren vanaf de kust.

Islay beschikt over twee officiële natuur reservaten die beheerd worden door de Royal Society for the Protection of Birds (RSPB). Het Loch Gruinart Natuur Reservaat ligt rond het gelijknamige Loch Gruinart. In dit reservaat ligt een observatiehut en mooie wandelroutes voeren door beschutte bosjes en over prachtige zandstranden. n het zuiden van Islay, nabij Port Ellen, ligt het Oa schiereiland, een ruig en verlaten gebied waar vroeger ongeveer vijfduizend mensen woonden. Overal kom je ruïnes van huizen en boerderijen tegen. Tegenwoordig wonen er niet meer dan honderd mensen. Het gebied wordt in het westen begrensd door hoge kliffen die prachtige vergezichten bieden naar Noord-Ierland.

Op diverse plekken vind je restanten van vroeger bewoning.

Bezoeken aan de stokerijen

Friends of Laphroaig

Laphroaig doet aan een bijzondere vorm van klantenbinding. Je kunt een zogenaamde ‘Friend of Laphroaig’ (FoL) worden en daarmee ‘eigenaar’ van een stukje grond op Islay van 30 x 30 cm:  een square foot op een veld tegenover de distillery. Het is natuurlijk een gimmick want je mag niets met het stukje grond doen. Een FoL heeft soms voorrang bij nieuwe bottelingen en je kunt met korting iets via de website bestellen. Wanneer je de distillery op Islay bezoekt, ontvang je de ‘rente’ over de grond in de vorm van een miniflesje Laphroaig Quartercask.

De kast met boeken vol namen van alle Friends of Laphroaig.

Als FOL brengen we een bezoek aan ‘ons stukje grond. De namen van de eigenaren staan in één van de grote boeken met het plotnummer van de square foot. De computer geeft de GPS-coördinaten en met een handheld GPS kun je het stukje grond opzoeken en er een vlaggetje plaatsen van jouw land.

In de verte waadt een groepje Scandinaviërs met zo’n GPS tot hun knieën door het water. We zijn niet van plan in de regen over zo’n turfveld te struinen en planten onze Nederlandse vlaggetjes ergens willekeurig op een beetje droog stukje grond.

Een vlaggetje planten op onze eigen vierkante voet Laphroaig-grond.

Na afloop doen we de tour door de distillery. Deze begint op de moutvloer. Laphroaig is één van de weinige stokerijen in Schotland die zelf de gerst mout, voor een deel althans want het overgrote deel komt rechtstreeks van de Port Ellen Maltings. De gerst die ze zelf mouten heeft een hoger ppm gehalte aan fenol dan de gerst die van de Maltings komt. Op de eerste vloer is de gerst nog erg nat, een verdieping lager beginnende korrels te ontkiemen. Deze gerst is zover dat het de oven (kiln) in kan.

In een van de twee kilns is het warm en ligt de gerst lekker te roken bij een temperatuur van ca. 20°C. Na een paar uur met turf gestookt te zijn wordt er met kolen gestookt en gaat de temperatuur omhoog naar ca. 50°C. Bij het stoken met turf wordt met opzet de temperatuur laag gehouden om zoveel mogelijk rook in de gerstkorrel te laten trekken.

 

Turf voor in de oven.

Weer een verdieping lager liggen de ovens zelf, de turf ligt hier hoog opgestapeld. Opmerkelijk is dat de turf geen geur heeft, pas bij het verbranden geeft het de typische geur af.

In de mash-ruimtes wordt het beslag (mash) gemaakt. Ik mag uit een klein plastic bekertje de mash proeven, niet echt lekker en al helemaal niet met de geturfde mout, er moet nog heel wat gebeuren voordat dit lekker whisky wordt.

Kleine proefglaasjes. Niet echt lekker.

De ketels staan in een apart gebouw. Qua logistiek zit deze stokerij niet erg logisch in elkaar. Bij Laphroaig staan maar liefst zeven stills opgesteld; drie washstills en vier spiritstills. In totaal een oneven aantal, dat is een beetje vreemd, normaal is het twee aan twee. Deze new spirit smaakt al beter en sterker dan de mash.

In de fillingstore worden de vaten gevuld. De verschillende typen en afmetingen van de vaten hebben allemaal hun eigen effect op de smaak van de whisky.

De rondleiding eindigt in één van de warehouses, bijna dan, want in het visitorcenter terecht kun je nog een glaasje proeven en een flesje kopen. Maar dankzij het Schotse belastingsysteem is dat voor Nederlanders niet erg aantrekkelijk.

Het warehouse, niet zo geordend.

Distillery bezoek Bruichladdich

Bruichladdich is op de dag van onze tour gewoon in productie, we mogen toch overal foto’s maken. Net als bij Laphraoig loopt de tour langs de oude maltmill, de mashtuns, de washbacks, de stills, etcetera. De mashtun bij Bruichladdich is een open type zonder deksel en in plaats van 3 keer water toevoegen doe ze dat hier 4 keer, omdat er door het open type meer water verdampt.

Een vleugje nostalgie rondom de stokerij.

Naast de gewone potstills staat ook een zogenaamde columnstill, deze wordt door Bruichladdich gebruikt om gin te maken. Planten afkomstig van het eiland worden mee gedistilleerd, vandaar de naam ‘The Botanist’. Vanwege de niet erg sierlijke vorm van de still wordt deze ‘Ugly Betty’ genoemd.

In de warehouses liggen de vaten hier niet plat, maar staan ze rechtop in stalen rekken. Dat is moderner. Her en der staan een paar vaten van Kilchoman, dat hier ook wordt gestookt. Vaten van andere merken zien we niet liggen.

De warehouses van Bruighladdich.

Distillerybezoek Ardbeg

De Ardbeg distillery ligt aan de zuidkust van Islay in het gebied dat Kildalton heet. Kenmerk van deze stokerijen is het hoge turf-of peat gehalte van de whisky die ze produceren. Ardbeg is officieel opgericht in 1815 door de MacDougall familie en in 1886 werkte een derde van de dorpsbewoners bij de destilleerderij.

Distillery-katten hebben een goed leven: voldoende muizen te vangen.

In 1983 werd de destilleerderij tijdelijk gesloten vanwege de afnemende vraag naar whisky in die tijd. In 1989 werd de productie hervat. De eigen mouterij bleef gesloten, de mout werd ingekocht bij de Port Ellen Maltings.In 1997 werd de destilleerderij verkocht en begon een grote restauratie die meer dan 10 miljoen Pond zou kosten. Dankzij een goede marketingstrategie maakte Ardbeg in het begin van het millennium een goede comeback. Vanwege de sterke turfsmaak kent Ardbeg een grote schare liefhebbers en de verkrijgbaarheid van oude bottelingen verhoogt de cultstatus alleen maar.

Bowmore

In Bowmore brengen we een bezoek aan de gelijknamige stokerij. In tegenstelling tot de meeste andere distilleries op Islay is alles bij Bowmore glanzend en glimmend en vooral commercieel ingesteld. Niet helemaal ons ‘cup of tea’ en we beperken ons bezoek tot de shop.

 

Vanuit Port Aksaig (Islay) steek je snel over naar Jura.

 

Agnes
Ontdekgeniet

Vragen? Suggesties? Of jouw reishonger delen?

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Je mag alleen HTML tags en attributen gebruiken:

<a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>