Mijn ongeplande hike in Schotland

Wie in Schotland lange afstanden wil wandelen kan twee dingen doen: de veel begane routes – zoals de West Highland Way – bewandelen, of erop uit trekken en zien waar je uitkomt. In Schotland zijn er geen wetten tegen het betreden van andermans land, en hoewel je niet zomaar iemands voortuin in mag stappen betekent dat dat weilanden en velden te allen tijden begaanbaar zijn (mits je de hekken achter je dicht doet; het vee mag niet kunnen weglopen).

Glen Dochart 5

Schotten zijn over het algemeen erg trots op hun land en geven graag (ongevraagd) advies aan bezoekers uit andere landen. Zo ook toen ik verbleef nabij Glen Dochart in de Schotse Hooglanden. Mijn hotel lag min of meer in het midden van nergens, wat ik expres zo uitgezocht had omdat ik de natuur in wilde zonder er ver voor te hoeven lopen. Het advies van de hoteleigenaresse kwam dan ook als geroepen. ‘Als je aan de overkant van de weg het weiland in gaat,’ vertelde ze, ‘en je loopt naar links, kun je zo om de rivier heen lopen. Het is een mooie wandeling van ongeveer een uurtje.’ Ik greep mijn camera, deed mijn sjaal om, en niet veel later stond ik in het weiland aan de overkant van de weg.

Glen Dochart 1

Mijn ongeplande hike in Schotland

Ik had geen kaart, kende de weg niet, en was niet gewend door weilanden te lopen, dus aanvankelijk bleef ik dicht bij de rivier terwijl ik in westelijke richting liep. Al snel kwam ik bij een vertakking die uitliep in een beekje. Het leek er even op dat hier mijn wandeling zou eindigen – ze verwachtte toch niet dat ik er overheen zou springen? – maar over het eind van het beekje lag een simpel bruggetje. De schapen hoorden mij naderen, keken gealarmeerd op, en maakten zich uit de voeten. Het weiland hield weer op bij een verharde weg en ik vermoedde dat daar de bedoelde wandeling begon, maar zo’n kilometer verder bleek de weg op te houden bij het huis van de boer. In de nabije omgeving waren niets anders dan weilanden. De hoteleigenaresse had dus toch een wandeling door de weilanden bedoeld, of zo nam ik aan. Ik draaide me om en begon weer terug te lopen, rechts van mij een weiland vol gele bloemen en witte schapen.

Het plan was om het weiland links van mij in te lopen zodat ik de rivier aan mijn rechterhand kon houden (en bij de volgende brug weer over te steken en terug te lopen naar het hotel). Ik was al bezig het touw om het hek los te maken toen de twee Schotse Hooglanders mij opeens opvielen. Inmiddels was ik hen ook al opgevallen. Die hoorns zagen er echt veel te scherp uit om het risico te nemen, dus ik heb het hek dicht gelaten en ben doorgelopen. Het aangrenzende weiland dichter bij de rivier was leeg, dus daar ben ik uiteindelijk in gelopen.

Glen Dochart 2

Omdat de rivier mijn voornaamste oriëntatiepunt was wilde ik er zo dicht mogelijk naast blijven lopen, maar zo’n twintig minuten later bleek het weiland abrupt op te houden waar de rivier verder ging. Dat betekende dat ik terug moest en op zoek moest naar een doorgang naar een aangrenzend weiland. Wat sprookjesachtige plekjes verder vond ik een hek naar een weiland met geschoren schapen, daar aangrenzend een pad die verder het oosten in liep. Na het ploeteren door het hoge gras was ik wel toe aan een begaanbaar zandpad. Inmiddels was ik zo’n 60 tot 90 minuten verder en keek ik al uit naar de brug die me terug zou brengen naar de weg. Ik heb hem niet kunnen vinden.

Schotse Hooglanders

De weg liep door een joekel van een plas en verder over een heuvel, en ik bedacht me juist hoe aangenaam de wandeling was toen ik vanuit mijn ooghoek ineens een Schotse Hooglander spotte. Ik stond even stil, ging mijn opties na. De Schotse Hooglander bevond zich aan de voet van de heuvel. Als ik op het pad bleef, zo dacht ik, zou het dier me nooit hoeven opmerken. Juist wilde ik weer met flinke pas vooruit toen ik de Schotse Hooglanders in de schaduw van een boom -recht voor mijn neus- spotte. Ik bevroor. Ik was ook gezien; de stier had zich naar mij toe gekeerd en sloeg me gade. Slik.

Glen Dochart 3

Ik herinnerde me wat de hoteleigenaresse gezegd had. ‘In het weiland hiernaast kun je ook wandelen. Eerst was er één stier en die was best lief, maar nu is er een nieuwe bij en ik weet niet of die ook zo lief is.’ Met andere woorden: die stieren konden nog wel eens gevaarlijk zijn. Even overwoog ik nog om er voorzichtig langs te lopen (ondertussen eigenwijs foto’s schietend), maar toen één van de andere stieren ook opstond en zich naar mij toe keerde besloot ik het toch maar veilig te houden. Één stap achteruit, twee stappen achteruit…

Ik was al te ver gekomen om terug te keren, dus ik ben in het weiland gebleven. Terwijl ik langs de grenzen van het weiland mijn weg maakte naar het volgende, werd het gras steeds hoger tot het uiteindelijk tot mijn borst kwam. Zoekend naar de volgende doorgang ploeterde ik door het hoge gras. Mijn hart bonsde van spanning want er bleken meer Schotse Hooglanders te zijn dan ik had dacht. Ik hield mijn afstand maar bleef niet onopgemerkt; af en toe stak een stier zijn kop boven het gras uit om te zien wie er de rust kwam verstoren.

Glen Dochart 4

Zo’n 20 tot 30 minuten later bevond ik me in een ander weiland, waar het gras nu tot mijn kruin reikte (ik ben 1 meter 53). De rivier was nog steeds aan mijn rechterhand, maar er was geen brug in zicht. Ik begon me een beetje verloren te voelen zonder kaart of telefoon, en was dan ook echt een beetje verdwaald. Nu ben ik vrij avontuurlijk en schiet ik niet snel in de paniek, maar ik was toch wel blij om de houthakkers te zien die in de verte gekapte bomen aan het verplaatsen waren met een truck. Ik werkte mezelf er door het hoge gras naartoe en vroeg de weg. De vriendelijke Schot vertelde me om de trucksporen te volgen; dan zou ik vanzelf uitkomen bij een weg. Als ik die weg afliep, zou ik bij de dichtstbijzijnde brug komen. Zo gezegd, zo gedaan, en niet veel later bevond ik me inderdaad op een zandweg die naar een brug leidde.

Langs de grote weg ben ik teruggelopen naar het hotel. Daar was de hoteleigenaresse erg blij om me te zien. Het was al vier uur ’s middags. ‘Ik dacht dat je verdwaald was,’ zei ze. ‘Ik wilde je al gaan zoeken!’ Ik vertelde haar hoe ik had gelopen en ze kwam tot de conclusie dat ik ergens een bruggetje gemist had. Het was zeker zes mijl naar de brug die ik wel gevonden had. ‘Je hebt niet gewandeld,’ riep ze uit. ‘Je hebt gehiked!’

Zo is mijn ongeplande langeafstandswandeling tot stand komen. Achteraf kijk ik er met veel plezier op terug, maar ik denk dat ik de volgende keer toch maar wel een kaart meeneem.

Tekst en fotografie: Sabrina van Zwieten

Dionne
Laatste berichten van Dionne (alles zien)

Vragen? Suggesties? Of jouw reishonger delen?

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Je mag alleen HTML tags en attributen gebruiken:

<a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>